Het gaat goed met de dassen in Vecht- en Reestdal

Voor dassenliefhebbers is het op deze avond genieten. Met Gerco van den Akker hebben we deze avond, donderdag 14 februari 2019,  een enthousiaste en deskundige dassenkenner in huis. Geen verhaal dit keer met alleen maar mooie plaatjes, nee een lezing met veel info en beeldmateriaal over de ‘panda van Nederland’.  Bijna 50 bezoekers in de ontmoetingsruimte van het Vechtdal College in Dedemsvaart horen allerlei bijzonderheden over de grootste marterachtige van ons land. Gerco houdt het verhaal namens de Stichting Das&Vecht. Deze organisatie van ongeveer 30 vrijwilligers is actief op het gebied van bescherming van dassen en boommarters ( de laatste tijd ook visotters ). Het werkgebied is omvangrijk  met de nadruk op het beekdal van de Vecht.

Das kijkt met de neus

In het begin van zijn verhaal geeft Gerco een beschrijving van de bouw van het dier.  De vacht bijvoorbeeld heeft een dubbele laag haar, het gebit is van een alleseter met scherpe tanden en knipkiezen.  Gerco laat een dassenschedel zien: ‘Kijk eens naar die stevige kaken. Toch is het geen roofdier, eerder doet ie wat sullig aan’  De klauwen zijn erg indrukwekkend, het dier kan er verschrikkelijk snel en goed mee graven. Wat zintuigen betreft, de das moet het niet van zijn ogen hebben, want die zijn slecht.  De neus moet het doen. De omgeving wordt vooral op geur afgetast. Zien doet de das dus vooral met zijn reukzintuig. Elke dassenfamilie heeft zijn eigen geur.

Net een stofzuiger 

Zoals eerder opgemerkt is de das een omnivoor, een alleseter. Als het dier aan het eind van de dag er op uit trekt gaat ie op zoek naar dat wat hem voor de bek komt. Als

mestputjes das foto hetreestdal.nl

een stofzuiger snuffelend en ruikend komt de das in en op de grond van alles tegen. Hij is dol op wormen, kevers, emelten en slakken.  Maar ook gevallen vruchten gaan er goed in. Natuurlijk zal een das wel een nestje met eitjes of jonge muizen  eten, maar om de das af te schieten of te verjagen omdat ie schadelijk voor de natuur is, is onzin.

Herkenning

Meestal liggen de dassenburchten op plekken waar je niet mag komen ( rust- of stiltegebieden bijvoorbeeld) , maar er zijn ook plekken waar de das dichtbij de mens woont. Je moet je wel afvragen of de burcht bewoond  is , want dat is niet altijd zo. Om dat te ontdekken ga je op zoek naar sporen. Zo kun je letten op dassenhaar aan prikkeldraad, krabplekken op een boom, zandputjes met daarin dassenkeutels, enz. Wat dat dassenhaar betreft, dat herken je aan wit haar met een zwart puntje. De pootafdruk heeft duidelijk vijf tenen met lange nagels.

foto Stichting DAs en Vecht

Dassen wonen in een burcht 

De das is een familiedier.  De woning van een das bevindt zich onder de grond en wordt burcht genoemd. De hoofdburcht is continu bewoond en ligt vaak dicht in de buurt van gebieden ( weilanden bijvoorbeeld) waar gefourageerd wordt. Maar er zijn ook bijburchten. Die worden tijdelijk gebruikt of de das gebruikt het hol in noodgevallen.  Burchten worden gegraven in hooggelegen landschap, zoals wallen en dekzandruggen.  Het ondergrondse gangenstelsel kan een heel groot oppervlakte hebben. Er zijn burchten die net zo groot zijn als twee voetbalvelden ! Een familie bestaat uit 2-12 dieren. Het gemiddelde aantal dassen per burcht in het werkgebied van de Stichting Das &Vecht is drie exemplaren. Dit aantal staat in relatie met het voedselaanbod in de omgeving van de burcht. Veel voedsel, grotere families.  Eind april/begin mei komen de jonge dassen voor het eerst naar buiten.

De das  is in ons land zijn lever niet zeker

De grootste vijand van de das is de auto.  Het aantal dassen dat doodgereden wordt is relatief hoog. Ondanks maatregelen, zoals dassentunnels e.d. gebeurt het nog veel te vaak. Met enige regelmaat wordt een dassenburcht (met opzet) verstoord. Waarschijnlijk door een dassenhater met erg weinig ecologisch inzicht, want er zijn dieren in ons land die veel meer schade veroorzaken. Trouwens, wat is schade ? Stichting Das&Vecht wil graag met dassenverstoorders in overleg. Praten in alle redelijkheid werkt beter dan met afwijkende meningen tegenover elkaar blijven staan.

Bewoonde dassenburcht foto hetreestdal.nl

Aantallen 

Gerco laat aantallen zien uit vroegere tijden. Rond 1900 liepen er ongeveer 20.000 dassen  in ons land en daarvan woonden er 500 in het Vechtdal. In 1900 waren dat er nog maar 2200 en ongeveer 50 in het Vechtdal. Twintig jaar later, begin jaren ’80,  was de situatie nog beroerder. Rond de 1200 dassen in Nederland en hooguit 2 in het Vechtdal. Zo goed als verdwenen dus. In 1984 werd een ‘Dassenplan’ gestart. Op 26 locaties in ons land werden ongeveer 200 dassen uitgezet. Dat gebeurde ook in het Vechtdal en Reestdal. Nu zijn we 20 jaar verder en kunnen we vaststellen dat dit plan goed is uitgepakt.

Stichting Das & Vecht

De stichting heeft meerdere dassenwerkgroepen. Elk groep/vrijwilliger heeft een eigen gebied met een aantal burchten die regelamtig worden bezocht. Allerlei gegevens worden verzameld. Met bewegingscamera’s worden burchten ook in de gaten gehouden. Dode dassen worden door vrijwiliggers opgehaald. De stichting geeft ook advies bij de aanleg van dassentunnels. Hier komt veel kennis aan te pas. Je moet namelijk wel precies weten van welke routes dassen gebruik maken.  Vernielingen en andere misstanden worden gemeld. En natuurlijk heeft deze stichting ook een prachtig verhaal en wil de info over dassen graag met belangstellenden delden. Zoals op deze geslaagde avond.

 

Wil je dassen zien ?

Landschap Overijssel heeft de Dasmobiel ontwikkeld: een geur- en geluidsdichte hut, nog geen tien meter naast een bewoonde dassenburcht. De Dasmobiel staat op een landgoed van Stichting IJssellandschap. Na het boeken van een bezoek ontvang je informatie over de exacte locatie in Bathmen (Deventer) waar we je ontvangen.