Het Rabbingerveld was vroeger een onderdeel van een enorm uitgestrekte woestenij van heide en moeras. In de vorige eeuw werd de wildernis omgezet in boerenland. De plukjes heide die per ongeluk overbleven kennen we nu als Nolderveld, Meeuwenveen en De Wildenberg. In 2005 werd ten noorden van Rabbinge van een aantal hectares grasland de bemeste bovenlaag afgeschraapt met als doel: vorming van heide. Zo kwam een deel van het Rabbingerveld weer terug. Dit jaar werd het Rabbingerveld groter.
Zaailingen
Op zaterdagmorgen 10 december trokken 12 vrijwilligers van onze werkgroep landschapsbeheer het “oude” deel van het Rabbingerveld in om zoveel mogelijk opslag te verwijderen. Honderden zaailingen van grove den en berk werden uit de grond gespit en op hopen verzameld. Heide is nu eenmaal cultuurlandschap. Zonder
ingrijpen van de mens zal de vlakte dichtgroeien met het bos als eindstadium. Wat kun je met z’n twaalven veel doen op een morgen! Maar ook; wat is er nog veel werk. Kijk je achterom, dan krijg je een voldaan gevoel bij het zien van de geschoonde vlakte. Kijk je echter vooruit, dan bekruipt je bijna het gevoel van onmacht. “Die slag winnen we nooit”, gaat er dan door je hoofd. Bij het afzetten van een houtwal of het knotten van een wilg heb je altijd het gevoel dat je alles onder controle hebt. De houtwal doet er jaren over om weer geschikt te zijn voor houtkap en een knotwilg heeft er twee of drie jaar voor nodig om weer knotrijp te worden. Maar een heideveld? Daar win je het nooit van. Toch gaan we door. Niets doen is geen optie en we vinden het leuk om met z’n allen te klussen in het landschap.
Het Drentse Landschap
Het Rabbingerveld is in beheer van Het Drentse Landschap. De werkgroep landschapsbeheer werkt het meest aan de Overijsselse kant van de Reest in reservaten van Landschap Overijssel. De laatste jaren echter wordt er regelmatig geklust voor Het Drentse Landschap.
Roodborsttapuit
De uitgestoken boompjes worden op hoopje gegooid. Deze takkenbultjes liggen verspreid in de heide. Een vogel die hier hopelijk gebruik van gaat maken is de roodborsttapuit. Deze zomergast is een vogel van open tot halfopen, vaak droge terreinen met struweelopslag of hoog opschietende kruiden. Het goed verborgen nest wordt op of net boven de grond gebouwd. Vanaf een uitkijkpost in het territorium wordt het grootste deel van het uit insecten en ander klein gedierte bestaande voedsel opgespoord. De mannetjes zijn goed herkenbaar met zwarte kop, witte halszijden en feloranje borst.
Meer foto’s van deze werkmorgen vind je op onze facebookpagina.