Steenuilenwerkgroep Balkbrug: broedseizoen 2025

Steenuilengroep Balkbrug

Inleiding

Groep is een groot woord. De “groep” bestond aan het begin van dit seizoen uit Henrie van Keulen en Wout Versluis. Later aangevuld met Karla Leeftink. Wij zijn begonnen met een inventarisatie, waar hangen onze kasten nu precies gezien vanuit de plattegrond van onze regio en waar zien we nog “gaten” in de kaart qua dichtheid. Want ja, als je begint aan zo’n klus hoort daar ook een gezonde ambitie bij om het zo goed mogelijk te doen. En wat zou er mooier zijn dan in de loop der jaren een groei in het aantal uitvliegende jonge steenuilen te mogen zien. Landelijk gemiddeld lijkt de trend voor deze prachtige uil redelijk stabiel, maar per regio zijn er grote verschillen.

broedseizoen 2025 was beter dan 2024. Jonge steenuilen worden geringd

In 2024 hebben wij in Balkbrug, net als anderen elders, een slecht jaar gehad met slechts 3 geringde jongen over 22 beheerde kasten. Het zeer slechte muizenjaar (enorm veel regen in het voorjaar heeft de muizenpopulatie een behoorlijke daling bezorgd) was hier debet aan. Vanuit verkenning waar we nog ruimte hadden voor nieuwe nestkasten hebben we in november 2024  drie prachtige nieuwe nestkasten (dank Wilco) geplaatst tijdens onze najaar schoonmaakronde in 2024. Ons bestand is hiermee toegenomen tot 25 kasten, die we bij volledig succes allemaal 5x in een jaar bezoeken. Een keer in het najaar voor een schoonmaak met nieuwe vulling, check op degelijkheid van de kast en ophanging en een check van de locatie (meestal een boom met mooie uitlooptak voor de jongen, de juiste oriëntatie richting van de nestopening en bij voorkeur een enigszins vrije invliegroute). En uiteraard een bijzonder muisrijke directe omgeving.

 

De eerste inventarisatieronde van 2025 

Na deze najaarsronde, waren Henrie en ik vol hoop en verwachting op een beter resultaat in 2025 en zeer benieuwd naar de bijdrage  van de 3 nieuw geplaatste kasten op de eveneens nieuwe locaties. Bij onze eerste ronde half april, vonden we in de eerste kast die we bezochten al gelijk 4 eieren. Dit was een hoopvol begin. Bij de tweede kast bleek dat de kast, die in het najaar nog even mee leek te kunnen, toch veel slechter was dan gedacht. Na het plaatsen en beklimmen van de ladder vloog er 1 steenuil onder uit de kast door een ontstaan gat achterin de broedruimte. De partner zat bij het open doen van de deksel nog netjes in de voorkamer. Wij hebben omdat de kast wel bezet was, dit probleem als het bekende klus duo “buurman en buurman” opgelost door uit de schuur van de bewoners (deze waren niet thuis, maar vonden dit prima) een oude dakpan te halen en die hebben we met wat nieuw nestmateriaal netjes over het gat gelegd. Gelukkig een geslaagde operatie want deze kast heeft uiteindelijk tot een mooi broedsucces geleidt, met 4 (ook nog geringde-) jonge steenuilen.

spreeuwennest in de regenton

Spreeuwen 

In de overige kasten vonden we nog geen steenuil eieren. Wel troffen we in 5 kasten spreeuwen nesten aan, met allemaal tussen de 5 en 7 eieren. Een van deze nesten was gevestigd in 1 van onze kasten die op een geheel nieuwe locatie was geplaatst. Dat werd dus alvast geen steenuil helaas.  We weten dat steenuilen meestal aan het eind van het jaar of uiterlijk zeer vroeg in het nieuwe jaar, de kast al bezetten. Gebeurt dat dan komt er geen spreeuwennest meer in de kast. Dit was hier blijkbaar niet gebeurd en dan is het toch wel leuk als de kast gebruikt wordt door zeer nuttige vogels zoals in dit geval spreeuwtjes.   Bij één van de andere nesten zijn we later op een avond de spreeuwen nog wezen ringen met Judith en Danny.  Grappig was dat we op die locatie op aanwijzing van de eigenaar nog een tweede spreeuwennest met jongen aantroffen onderin een houten regenton. De ouders vlogen daar door het ronde gat van de zijstop van het oude wijn of port vat in en uit.

Wat nu…een boommarter…

Bij steenuilen hebben we steeds meer te duchten van predatie door met name steenmarters. Nieuwe kasteuitgevoerd met een “anti-martersluisje”.  Dit werkt als volgt: er is bij de kasten altijd een voorkamer en een broedkamer. De voorkamer waar ze eerst via de invliegopening binnen komen wordt bewust smal gehouden en de volgende opening naar de broedkamer zit op een positie verderop met een klein schotje ertussen waar de steenuil makkelijk onderdoor kan wandelen, maar waar de lange marter niet eerst in voorkamer positie kan kiezen, maar in 1 beweging door de beide gaten moeten zien te draaien. Dat dit nauw luistert en altijd weer verbeterd kan worden bewees op deze dag onze check van 1 van de 3 nieuwe kasten op de eveneens nieuwe locatie……..

steenuil in de kast

Henrie en ik gaan altijd beurtelings als eerste de ladder op. Bij deze kast had Henrie de eer om vol spanning naar hopelijk een fantastisch resultaat te klimmen. We hadden er veel hoop op, maar dat de natuur zich nooit laat sturen bleek wel toen Henrie, staande op de ladder met zijn gezicht dicht op de zijkant van de kast, voorzichtig de deksel aan 1 kant wat optilde, zoals we altijd doen. In de kast geen steenuil, maar een in karatepak (zwarte band, derde Dan) gestoken boommarter, in dreigende aanvalshouding. Normaal zijn deze marters uiterst schuw maar deze bleek, uit het gepiep er achter te horen, al een flink aantal jongen te hebben. Henrie heeft de kast maar snel dichtgedaan, want je weet maar nooit of zo’n beestje ter verdediging van zijn jongen de aanval zoekt en met je gezicht er vlak voor staande op een ladder is dat geen fijn vooruitzicht. Ik heb desondanks toch ook nog even een voorzichtige check door een klein kiertje gedaan, maar kwam tot dezelfde conclusie als Henrie: deze heeft inderdaad zwarte band, derde Dan, en is van zins dat ook te laten gelden. We hebben het gezin verder maar met rus laten.

Met rust laten

Bij een recente wandeling begin augustus op het pad langs deze kast stak er een boommarter met prooi in de bek vlak voor mij het pad over op weg naar deze kast. Er leek

Screenshot boommarter

dus nog steeds door de boommarter(s) gebruik gemaakt te worden van onze kast. In overleg met de eigenaar van het perceel heeft deze vervolgens een wildcamera geplaatst en hierop is te zien dat de boommarter, ook nu nog steeds, gebruik maakt van onze mooie nieuwe kast met martersluis. In overleg met de terreineigenaar en een enthousiaste regio beheerder van het Landschap waar de kast hangt en uiteraard met instemming van Wilco (die hiervoor een nieuwe kast voor ons zal moeten maken voor een andere plaats daar in de buurt) hebben we besloten om deze kast maar definitief aan de boommarter familie te laten. Het is immers ook een prachtig beest en een mooi onderdeel van de natuur…

De andere drie controleronden 

Vanaf de derde ronde hebben Henrie en ik gezelschap gekregen van Karla Leeftink. Zij is natuur fotograaf en vond het leuk om een keer met ons mee te gaan. Ze heeft daarbij

kijkje in de kast

prachtige filmpjes en foto’s van ons “werk in uitvoering” voor de steenuilen gemaakt. Wij hopen dat dit materiaal nog eens in promoties voor de NWG gebruikt kan worden… Wellicht dat dat nieuwe leden kan enthousiasmeren. Karla is inmiddels ook lid geworden van de NWG en is ook de laatste twee ronden met ons mee geweest. Wij hopen dat dat zo blijft ondanks haar primaire interesse voor de Dassen monitoring groep.

De overige resultaten

In een van de kasten troffen we bij de eerste ronde zeer verrassend 3 steenuilen aan. Omdat deze kast het jaar ervoor alleen 2 vrouwtjes met (onbevruchte) eieren had gehuisvest, hoopten we maar dat de derde steenuil dit keer een mannetje zou mogen zijn. De twee vrouwtjes bleken bij een latere controle van de ringen overigens twee zusjes uit verschillende jaargangen die nog door Henri Timmer waren geringd. Het mannetje hebben we niet meer gezien. Die hield er wellicht meerdere scharrels op na 😊 Maar hij had zijn “werk” goed gedaan. Boven verwachting hebben we hier met Judith en Danny in totaal 7 jongen mogen ringen. Waarmee dit ons succesvolste nest van 2025 was.  In totaal hebben wij dit jaar 21 jonge steenuilen mogen zien opgroeien, die nagenoeg allen geringd zijn. Van een daarvan vonden we later helaas de geplukte veren als gevolg van predatie door een roofvogel, maar in vergelijking met de 3 jongen uit 2024 was 2025 voor ons een bijzonder succesvol jaar waar we uitermate blij mee zijn.

We hebben inmiddels met Wilco Batterink samen een nog scherpere constructie van de martersluis bedacht en Wilco gaat voor ons 11 nieuwe kasten maken en voor Rob en Robbin (Dedemsvaart) ook nog 2. Waarvoor alvast weer zeer veel dank Wilco, ook namens hopelijk dit keer ruim 40 steenuil paartjes binnen ons NWG gebied.

Tekst : Wout Versluis

werkgroep: Karla Leeftink, Henrie van Keulen, Wout Versluis