Vogel van de maand juni 2019: de Boompieper

De Boompieper is een vogel waar je vrolijk van wordt. Hij zingt zijn eenvoudige deuntje met lange uithalen aan het eind. En als hij er een beetje zin in heeft dan doet hij dit in de lucht. Het deuntje start als hij nog in de boom zit, liefst een uitstekende tak of helemaal boven in, vervolgens vliegt hij omhoog. Komt als een parachute met hangende poten en met een rondtrekkende beweging vervolgens meestal weer op ongeveer dezelfde plaatst terug in de boom. Een prachtige vertoning. Vooral met rustig mooi weer is het allemaal goed te volgen en kan hij dit trucje keer na keer herhalen. Midden op de dag als het heet is en alle andere vogels stil zijn, kun je vooral goed de Boompieper horen en zien. Want de Boompieper houd namelijk veel van de zomerse hitte.

Geen standvogel 

De Boompieper is niet het hele jaar in ons land te zien. Het is een zomergast, we kunnen hem zien in de maanden april t/m oktober. Daarna verlaat hij ons land om in Afrika te overwinteren. In Afrika verblijven de Boompiepers in de boomrijke savannes tussen de Sahel en de regenwouden. Een Boompieper leeft van insecten, die de vogel in de takken van de bomen en op de grond zoekt. In Nederland komt de Boompieper voor voornamelijk op de zandgronden. Het zuiden van Friesland en Groningen, geheel Drenthe en Overijssel, De Veluwe en de Utrechtse heuvelrug. Brabant, ten zuiden van de grote rivieren en het noorden van Limburg. Ook in de gehele duinstreek is de Boompieper te vinden. Er is wel een recente toename van Boompieper op kleigebieden rond het Lauwersmeer en Noordoost Groningen. In Nederland tellen we ongeveer 50.000 tot 80.000 broedparen. De Boompieper is door de jaren heen vrij stabiel in aantal gebleven. De vogel zoekt wel graag de natuurgebieden op en ook het kleinschalig cultuurlandschap is in trek. In de bossen kun je hem vinden bij open plekken. Favoriet zijn heidevelden met hier en daar een boom of een bosje.

Broeden 

Voor de balts heeft het mannetje bomen en of struiken nodig, maar het nest is op de grond. Een kommetje gemaakt door het vrouwtje van droog gras en mos,  daar in legt ze 4 tot 6 eitjes. Na 14 dagen broeden komen de jongen uit het ei en na even net zo’n lange tijd, kunnen de jongen vliegen. De Boompieper heeft meestal 2 broedsels.

Herkenning

De Boompieper heeft een bruin gestreepte rug en boven vleugels. De buik is wit en de borst en flanken zijn crèmekleurig met zwarte lengte strepen, op de flanken zijn deze strepen dunner. De kop is ook gestreept met een lichte wenkbrauw en baardstreep. De stevige snavel is licht met een wat donkere bovensnavel en punt.De enigszins lange poten zijn roze. Mannetje en vrouwtje zijn gelijk. Het meest kenmerkende verschil tussen een Boompieper en een Graspieper is de zang. Maar een klein verschil is de lengte en kromming van de achterteen nagel. Bij de Boompieper is deze kort en vrij recht, bij de Graspieper is deze lang en krom.

De Zang

Zijn liedje begint met korte zit zit zit tonen daarna komt er een serie langgerekt tonen Suuuurrrrr SIIIII-a twet-twet-twet-twet en eindgt met een SIwa-SIwa-SIwa tja tja tja tja. De volgorde varieert.

Waar ?

Waar kunnen we in onze omgeving de Boompieper vinden ? Op heideterreinen zoals in de Haardennen, Wildenberg, Meeuwenveen en Takkenhoogte. In het Reestdal en Het Vechtdal langs bosranden of in solitair staande bomen bij de akkers en weidegebieden.

Namen

Latijnse naam: Anthus trivialis

Engelse naam: Tree Pipet

Duitse naam: Baumpieper

 

 

Bronnen:

Eigen waarnemingen

ANWB Vogelgids van Europa,

Vogel Atlas van Nederland,

Vogelbescherming Nederland

 

Tekst : Judith Schmidt

Foto´s gemaakt door Teo Schmidt